De dodaars is de kleinste uit de futenfamilie. Hij is kleiner dan het waterhoen, nog geen dertig centimeter. De donzige veren op zijn achterwerk hebben hem zijn naam bezorgd: dodaars. Hij wordt ook wel duikertje genoemd, omdat hij bij het minste of geringste onder water verdwijnt om vervolgens op een onverwachte plek weer op te duiken.
Herkenning
Behalve een geweldige duiker, lijkt de dodaars ook een liefhebber van verkleedpartijen. In de zomer is hij donkerbruin met een rode wang en hals, een echte verschijning. ’s Winters ziet hij er een stuk minder opvallend uit: lichtbruin met beige hals. Anders dan bij veel andere vogelsoorten is er weinig verschil in het uiterlijk van mannetje en vrouwtje. Hun ‘bie-bie’ klinkt als een fluit die een hoge noot herhaald. Tijdens de baltsroep in het voorjaar gaat die herhaling in een hogere versnelling.
Leefgebied
Terwijl we de gewone fuut in dorpen en steden in alle rust zien rondzwemmen, in het voorjaar met hun jongen op de rug, is de dodaars heel schuw. Ze leven in water met veel vegetatie. Daar kunnen ze in de broedtijd, van april tot in augustus, hun nest goed verstoppen. En daar zitten de haften, waterkevers schietmotten, libellen en kleine visjes die ze eten. Bovendien zitten ze daar betrekkelijk veilig voor snoeken. Ook in de winter vinden ze voldoende voedsel. Waterinsecten blijven ook in de koudere maanden aanwezig. Omdat ze in de winter meer op open water zitten, kun je de dodaarzen dan gemakkelijker zien.



Vogelexcursies
Landschap Overijssel biedt diverse excursies vogels kijken. Je vindt alle vogelexcursies op onze activiteitenpagina.
In Overijssel is de dodaars in de winter vooral te vinden in het Kristalbad, maar wellicht kan jij 'm ook wel in andere natuurgebieden vinden?
Bekijk hieronder de verschillende gebieden van Landschap Overijssel.